Het lozen van ballastwater door schepen is niet meer toegestaan. De Nederlandse scheepsbouwer Damen speelt daar op in door apparatuur aan te bieden om het water te reinigen: voor inbouw of in een losse container op het dek.

De inbouw LoFlo reinigt ballastwater

Het ballastwater dat schepen voor hun stabiliteit op zee innemen wanneer ze minder lading hebben , blijkt een bron van het verspreiden van levend materiaal op plekken waar dat niet thuis hoort. Zo kan het gebeuren dat een schip in een haven in de Filippijnen zeewater inneemt, en dat vervolgens in de haven van Roterdam loost. Op die manier zijn tal van organismen terechtgekomen op plekken waar ze niet horen, waarbij sommige als exoot een plaag vormen. Bekende voorbeelden zijn de introductie van de Europese driehoeksmossel in de Grote Meren van de Verenigde Staten en de komst van Amerikaanse ribkwal in de Zwarte en Kaspische Zee. Daarom zijn nu de regels aangescherpt: ballastwater mag alleen nog worden geloosd wanneer het kan levende organismen is gereinigd.

De Nederlandse scheepswerf Damen speelt op deze nieuwe markt in door renigingsapparatuur aan te bieden, hetzij direct voor inbouw in een bestaand schip, of om als lossde container op het dek neer te zetten. De reiniging gebeurt met een aantal filtratiestappen en UV-bestraling.

De BalCon is een container die 100 tot 750 kubieke meter ballastwater in een uur reinigt en kan plug & play worden aangesloten op de ballasttanks. De LoFlo kan gemakkelijk in het schip worden ingebouwd en heeft een capaciteit van 30 tot 60 kubieke meter.

Ballastwater

Via geloosd ballastwater komt de druipzakpijp,
te herkennen aan de witte korst op de foto,
in Nederland en bedreigt de mosselteelt.

Schepen nemen, als er weinig lading aan boord is, voor de stabiliteit water mee. Het laadruim komt daardoor vol te zitten met verstekelingen: een willekeurig schip heeft 7000 verschillende soorten organismen aan boord. De meerderheid daarvan kan geen kwaad, maar soms breekt er een plaag uit. Dat kan flink aantikken: Amerikaanse rederijen zijn jaarlijks een miljard dollar kwijt aan het verwijderen van Europese driehoeksmossels uit de koelwaterinstallaties van hun industrieën. In China zorgen plagen van algen voor rood zeewater en vergiftigde vissen. In minder hygiënische landen kan het ballastwater zelfs levensgevaarlijk zijn: op 92 % van de schepen vaart de cholerabacterie mee. Kritische ecologen schatten de economische schade door lozing van ballastwater op honderd miljard dollar per jaar.

De Internationale Maritieme Organisatie IMO, de zeevaarttak van de Verenigde Naties, heeft nu bepaald: geloosd ballastwater van buiten de regio mag maximaal tien organismen groter dan 50 μm per m3 bevatten. Voor organismen in de schaal van 10-50 μm – meestal algen – is de maximaal toegestane dichtheid tien stuks per milliliter.

Schepen moeten hun water flink behandelen, voordat aan die eisen is voldaan.

Gewoon spoelen met water uit volle zee, zoals Amerika-gangers doen, is niet genoeg, omdat zeewater niet van vreemde smetten vrij is. Na drie keer spoelen zit er vaak nog altijd 10 % van het originele ballastwater in de tanks, terwijl IMO 5 % eist.

De verantwoordelijkheid voor de waterzuivering ligt bij de reders: veel havens hebben hier geen capaciteit voor. Schepen hebben echter ook maar beperkte ruimte. De IMO-richtlijnen hebben ertoe geleid dat wetenschappers en technici zich wereldwijd met het probleem bemoeien. De markt voor ballastwaterzuivering bedraagt het komende decennium zo’n acht miljard euro bedragen.

Lees ook het verhaal van ir. Nick Roosenboom die de Ballast WaterTreatment Unit ontwikkelde.