De Costa Concordia, het cruiseschip dat begin 2012 voor de Italiaanse kust kapseisde, drijft weer. De drijvers zijn geïnstalleerd door het Nederlandse kraanschipbedrijf Conquest uit Werkendam.

Het kraanschip Conquest MB1 had niet veel ruimte om de klus te klaren: wanneer het schip tussen de Costa Concordia en het eiland lag, was er nog maar een paar meter over. En op sommige plaatsen bedroeg de doorvaardiepte slechts 4 m. 'Eigenlijk was ons kraanschip het enige ter wereld dat zo'n zware operatie kan uitvoeren', stelt Michiel Zwagerman, mede-eigenaar van het familiebedrijf Conquest. 'Het is het enige schip dat én zware lifts kan uitvoeren én niet te diep ligt.'

Dat de Conquest MB1 zo ondiep ligt, komt onder meer door het gebruik van hydraulische cilinders in plaats van een contragewicht om het tegenwicht te bieden tijdens het liften. 'Dat bespaart tonnen.' Daarnaast voorkomt het cilindersysteem slijtage. 'Als de kraan in rust is, oefenen de cilinder druk uit, zodat de kraan precies in evenwicht is. Daardoor slijt deze nauwelijks.' Verder is de Conquest MB1 uitgerust met een automatisch ballastsysteem dat het schip constant waterpas houdt.

De Conquest MB1, de grote kraan met het rode topstuk links op de foto, heeft twee maanden in de geul tussen de rosten en het cruiseschip gelegen om de drijvers te plaatsen. Begin juli is de laatste drijver in positie gebracht. De drijvers hebben met lucht hun drijfvermogen gekregen en gezorgd dat het cruiseschip nu naar een rederij kan worden gesleept voor ontmanteling.