Het Amerikaanse bedrijf Boeing gaat in opdracht van DARPA, de militaire onderzoeksafdeling van de Amerikaanse overheid, de XS-1 Phantom Express bouwen. Dit hypersonische ruimtevliegtuig moet het lanceren van satellieten veel goedkoper maken. Ook zal de XS-1 maar een paar dagen nodig hebben ter voorbereiding op een lancering.

De ingenieurs van Boeing hadden in fase 1 van het project al het ontwerp gemaakt van de XS-1 Phantom Express: een onbemand ruimtevliegtuig dat bovenop een kleine raket draagt met daarin een satelliet. Opdrachtgever DARPA (Defense Advanced Research Projects Agency, de technologiepoot van het Amerikaanse leger) zegt tevreden te zijn over de voortgang en geeft het bedrijf uit Seattle nu de opdracht om door te gaan met fases 2 (uitengineeren en bouwen) en 3 (testen).
 

Verticaal

De XS-1 Phantom Express wordt verticaal gelanceerd en keert als een landend vliegtuig terug op aarde. Voor de lancering heeft hij geen externe stuwraketten nodig, want hij heeft zelf een raketmotor aan boord; voorlopig kiest Boeing voor de AR-22 van Aerojet Rocketdyne, een nieuwere versie van de motor van de Space Shuttle.

Wanneer het ruimtevliegtuig na lancering is aangekomen op de gewenste hoogte, laat de raket die hij meevoert los. Die raket brengt met zijn eigen aandrijving de satelliet naar de juiste baan om de aarde.


Kosten

Het project met de XS-1 dient een paar doelen. Het belangrijkste is het terugbrengen van de kosten van een lancering. Voor het lanceren van een lading van ongeveer 1000 kg – een beetje satelliet – kost een lancering nu nog rond de 50 miljoen dollar (45 miljoen euro). Boeing en DARPA verwachten dat dit met de beoogde XS-1 met een factor tien omlaag kan.

Bijkomend voordeel is dat het ruimtevliegtuig binnen een paar dagen de lucht in kan als daarvoor de opdracht komt. Nu duren de voorbereidingen vaak vele weken, zo niet maanden. Deze snelle inzetbaarheid is belangrijk voor het Amerikaanse ministerie van Defensie, bijvoorbeeld voor het snel vervangen van een cruciale satelliet die uitvalt.
 

Bouwen en testen

De planning ziet er als volgt uit. Tot het einde van 2019 zullen de Boeing-ingenieurs zich bezighouden met het uiteindelijke ontwerp van de XS-1, de bouw en het testen op de grond (fase 2). Zo zal bijvoorbeeld de motor tien dagen achter elkaar elke dag worden getest, om na te gaan hoe die zich houdt bij intensief gebruik. Bij het uitwerken van het ontwerp zullen de ingenieurs overigens zo veel mogelijk gebruikmaken van kennis en onderdelen uit de militaire luchtvaart. Dat scheelt werk tijdens de ontwerpfase en is ook handig wanneer een onderdeel vervangen moet worden.

In fase 3, in 2020, gaat de XS-1 echt de lucht in, waarschijnlijk een keer of 12 à 15. De snelheid zal eerst worden beperkt tot Mach 5, maar later moet hij naar zijn topsnelheid gaan van Mach 10. Op minstens één van deze vluchten zal een lading meegaan die qua gewicht te vergelijken is met een satelliet.
 

Resultaten delen

Opvallend is dat DARPA de resultaten van al dat testen niet allemaal geheim wil houden. Een selectie ervan wil het bureau openbaar maken, zodat ook ruimtevaartbedrijven die werken aan goedkopere (en launch-on-demand) vluchten, ervan kunnen profiteren.

Het werk aan de XS-1 Phantom Express valt binnen een publiek-private samenwerking tussen DARPA en Boeing. DARPA draagt hieraan 146 miljoen dollar bij; de bijdrage van Boeing is niet bekendgemaakt.

Het lanceren van Amerikaanse satellieten gebeurt op dit ogenblik door raketten van diverse bedrijven, waaronder United Launch Alliance (combinatie van Boeing en Lockheed Martin) en SpaceX (het bedrijf van Elon Musk). Lees bijvoorbeeld onze artikelen 'Recycle-raket succesvol' en 'Nasa zet in op supersonisch vliegen'.



Beeldmateriaal Boeing