Zwevende druppeltjes kunnen hoogstwaarschijnlijk een rol spelen bij de verspreiding van het coronavirus. Acht vragen over een gezonde ventilatie van binnenruimtes.

Het is zover. Vandaag zijn de basisscholen weer helemaal opengegaan. Sinds 1 juni zijn we weer welkom op het terras en - mondjesmaat - in theaters en bioscopen. Met de zomervakantie in aantocht zijn luchtvaartmaatschappijen weer begonnen hun vliegreizen aan ons te slijten. Tegelijk zijn er berichten over zeer kleine zwevende druppeltjes (aerosolen) die een rol kunnen spelen bij de verspreiding van het coronavirus. Daarbij lijkt het erop dat goede ventilatie een belangrijke rol speelt bij het zo veilig mogelijk maken van binnenruimtes. Maar hoe zit dat precies? De Ingenieur maakte een rondgang langs experts.


1 Kan het virus over grotere afstanden door de lucht reizen?

Ja, daar lijkt het wel op. Zeker is in ieder geval dat mensen elkaar kunnen besmetten door direct contact en door hoesten of niezen, waarbij relatief grote druppels met virus erin op een ander terechtkomen. Hier komt de richtlijn vandaan dat mensen zoveel mogelijk 1,5 meter afstand van elkaar moeten houden (in sommige landen 2 meter). Door deze fysieke afstand aan te houden vallen eventuele grotere druppels op de grond voordat ze op een persoon terechtkomen.

Het wordt echter steeds duidelijker dat ook echt kleine druppels (van 5 micrometer en kleiner) een bijdrage kunnen leveren aan de verspreiding van Covid-19. Die druppeltjes gaan zweven en kunnen meters ver komen. Deze zogeheten aerosolen kunnen wel minutenlang in een ruimte blijven zweven, blijkt ook uit Nederlands onderzoek. Dit zou een verklaring kunnen zijn voor een aantal super spreading events, die wereldwijd gerapporteerd zijn, waarbij één ziek persoon tientallen anderen besmette.
 


2 Kan het virus zich door de luchtbehandelingskanalen in een gebouw verspreiden?

Dat is niet aangetoond, maar het valt ook niet uit te sluiten. Zeker is dat er systemen voor luchtbehandeling bestaan die lucht van de ene naar de andere ruimte laten stromen. Als er dan aerosolen meekomen, is niet uit te sluiten dat het virus zich door een gebouw verspreidt. ‘Er zitten soms tientallen ruimtes op een systeem aangesloten’, zegt Ben Bronsema, zelfstandig adviseur en gastonderzoeker climate design aan de TU Delft. ‘Wat je zeker niet moet doen is het centraal recirculeren van lucht. Gebruik zoveel mogelijk verse buitenlucht. En voer de vieze lucht zoveel mogelijk af.’

 

3 Is het wel slim om binnen te gaan zitten?

Je kán binnen gaan zitten met een hoop andere mensen, maar dan alleen onder de voorwaarde dat die ruimte goed geventileerd wordt. Daarbij dreigt trouwens een spraakverwarring: ‘goed ventileren’ betekent niet een ventilator aanzetten. Want die blaast alleen maar steeds dezelfde lucht door de ruimte. Zweven er dan aerosolen met het virus rond, dan komen die alleen maar bij meer mensen langs. Met ventileren bedoelen experts: het afvoeren van aanwezige lucht en toevoeren van verse lucht van buiten. Want daarmee verdun je de concentratie van aerosolen die mogelijk virus bevatten.

Restaurantgasten zullen misschien wat meer tocht in hun nek ervaren, maar gezondheid zou even boven comfort moeten gaan.

Om diezelfde reden is het recirculeren van lucht de komende tijd uit den boze. In China is een geval beschreven van een buschauffeur die de recirculatieknop had ingedrukt. Na een rit van vijftig minuten had één ziek persoon een derde van de andere passagiers besmet. ‘Voorlopig moet er echt even een grote sticker bij die knop: “Recirculeren verboden!” Hetzelfde geldt voor taxichauffeurs: de recirculatie niet gebruiken en de ventilatie van verse lucht op standje hoog’, zegt Atze Boerstra van ingenieursbureau bba binnenmilieu, tevens vice-president van REHVA (de Europese federatie van brancheverenigingen op het gebied van verwarming, ventilatie en airconditioning).

 

4 Wat zouden eigenaren van cafés en restaurants moeten doen?

Sinds precies een week mogen de horeca weer gasten verwelkomen, zij het nog niet op volle kracht. De eigenaren van restaurants en cafés zouden dus hun zaakjes nu op orde moeten hebben. ‘Voor zover een restauranteigenaar het niet zelf kan, zou hij of zij even een installateur naar het ventilatiesysteem moeten laten kijken’, zegt Boerstra. ‘Staan de instellingen goed, staat de toevoer van verse lucht open, zitten er geen filters verstopt? Mijn andere tips voor de eigenaar: zet ventilatoren niet uit en laat de afzuiging in de keuken wat langer doordraaien. Gasten zullen misschien wat meer tocht in hun nek ervaren, maar gezondheid zou even boven comfort moeten gaan.’



5 Kunnen sportscholen veilig open?

Na een stevige lobby kregen sportscholen onlangs hun zin: De regering zegde toe dat de fitnesscentra vanaf 1 juli weer hun deuren mogen openen. Toch is het juist voor deze groep bedrijven opletten geblazen. Sporten is één van de activiteiten waarbij meer fijne druppeltjes worden uitgestoten, en dus mogelijk meer virusdeeltjes worden verspreid. Fanatiek sporten in een binnenruimte lijkt daarom niet heel verstandig. Naast het afstand houden, zal dus op zijn minst het ventilatiesysteem van de sportschool goed onderhouden moeten zijn en op volle toeren de lucht moeten verversen. Sommige experts nemen liever het zekere voor het onzekere. Boerstra: ‘Sporters doen er verstandig aan zoveel mogelijk buiten te sporten.’

 

6 Vliegreizen komen weer op gang. Is het veilig in een vliegtuig?

De luchtvaartmaatschappijen zelf beweren van wel. Van passagiers wordt vooraf de temperatuur gemeten, ze moeten mondkapjes op en krijgen geen eten en drinken uitgedeeld. Luchtvaartmaatschappijen wijzen er graag op dat de luchtstroming verticaal is, van boven naar beneden, zodat eventuele aerosolen snel afgevoerd worden. Maar een vliegtuig blijft een afgesloten ruimte waar een paar honderd mensen dicht op elkaar gepakt zitten. De lucht die de cabine in wordt geblazen, is voor de helft verse lucht van buiten, maar de andere helft is dus ‘oude’ lucht die wordt gerecirculeerd. Om die reden heeft een vliegtuig zogeheten HEPA-filters, waar de gebruikte lucht doorheen stroomt. Deze filters houden naast stofdeeltjes ook virussen tegen.

Toch zijn uit het verleden (SARS-uitbraak in 2003) gevallen bekend waarbij een ziek persoon in een vliegtuig mensen besmette die meters verderop zaten. ‘Een vliegtuig is volgens mij toch niet een echt veilige omgeving. Hoe vaak ik niet verkouden ben geworden in een vliegtuig’, zegt Bronsema. ‘Ja, er is een stevige ventilatie in zo’n toestel, maar de lucht is er ook gortdroog. ‘Dat betekent dat de slijmvliezen — het menselijke luchtfilter — niet optimaal werken. Normaal gesproken is dit een fantastisch mooi systeem van het menselijk lichaam dat vuil en bacteriën en virussen zoveel mogelijk opvangt. Maar als de lucht te droog is, dan werkt dit systeem minder goed.’
 

De vrouw rechts draagt Covid-19 bij zich. Grotere druppels die ze afscheidt, vallen binnen 1,5 meter op de grond. Het zijn de kleine druppeltjes (< 5 micron) die gaan zweven en door luchtstromingen in de hele ruimte terechtkomen. Doordat het ventilatiesysteem aan staat, wordt de lucht rechts afgezogen, terwijl bovenin verse lucht van buiten de ruimte binnenstroomt. Er treedt verdunning op en de virusconcentratie in de ademzone van de aanwezigen gaat substantieel omlaag. Illustratie: Stijn van der Horst, bba binnenmilieu

 

7 Is ventilatie altijd de oplossing of kan het ook een gevaar opleveren?

Het is overduidelijk dat goed ventileren (doorluchten) van afgesloten ruimtes cruciaal is. Is er geen goed mechanisch systeem, zet dan ramen en deuren regelmatig tegen elkaar open. Een eventueel aanwezig virus wordt dan verdund en afgevoerd. Maar in uitzonderlijke gevallen kun je door een ventilatiesysteem ook van de regen in de drup raken. In een restaurant in de Chinese stad Guangzhou besmette een gast tien andere eters, tot aan een paar tafels verderop. Het etablissement had geen deugdelijke ventilatie, terwijl een airco aan een zijmuur de lucht door de ruimte blies en zo virusdeeltjes verspreidde.

Daarom is het belangrijk dat er meer onderzoek komt naar de invloed van systemen voor luchtbehandeling op aerosolen. Dat onderzoek staat op stapel aan de Technische Universiteit Delft. Daar gaat hoogleraar indoor environment Philomena Bluyssen in het SenseLab van de universiteit experimenten doen om te achterhalen hoe je het beste ventileert om de kans op besmetting te verkleinen (lees: 'Onderzoek naar invloed ventilatie op coronabesmetting'). Daarbij gaat het onder meer over de hoeveelheid lucht die je gebruikt, de temperatuur en de luchtvochtigheid. Maar ook de richting van de luchtstromen wordt onderzocht. Wat werkt het beste: lucht van onderen naar boven blazen, of juist omgekeerd?

Vanuit het hoofd van een paspop worden zeepbelletjes (kleiner dan een millimeter en gevuld met helium of lucht) in de ruimte gebracht en gefilmd. Bluyssen: ‘We willen weten: waar zweven die belletjes naar toe, hoe bewegen ze zich door de ruimte? Die belletjes zijn veel groter dan aerosolen, maar hun gedrag onder invloed van luchtstromingen is wel te vergelijken.’

 

8 Moet ik het ventilatiesysteem op mijn kantoor uitzetten?

Nee, juist niet. Maar zoals eerder beschreven is het wel belangrijk dat het systeem de lucht niet recirculeert, maar steeds verse lucht toevoert in de ruimtes.


Foto's depositphotos.com