Het idee om wind te gebruiken bij het aandrijven van een schip is duizenden jaren oud. Toch geldt het gebruik van een zeil in de moderne scheepvaart als innovatief. Het dient hier vooral om het brandstofverbruik van  een schip wat terug te brengen.

Zo heeft het Nederlandse Dykstra Naval Architects de Ecoliner ontworpen, een schip met zowel een diesel-elektrische aandrijving als een viertal enorme zeilen. De zeilen kunnen in optimale omstandigheden zorgen  voor een brandstofbesparing van 40 %. Het bedrijf ziet er wel brood in, maar het ontwerp ligt nog op de tekentafel. Enkele bedrijven hebben een tijdje geëxperimenteerd met grote vliegers om schepen een zetje in de rug te geven, maar dat idee is nooit echt van de grond gekomen.

Cilinders

Wat wellicht nog de meeste kans maakt, zijn zogeheten Flettner-rotoren. Dit zijn enorme verticale cilinders die voortdurend draaien en waarop de wind een loodrechte kracht uitoefent. Komt de wind van de zijkant, dan ondervindt het schip via de Flettner-rotor een kracht vooruit. Maritiem ontwerpbureau C-Job Naval Architects heeft een vrachtschip met vier van deze rotoren ontworpen, de Flettner Freighter. ‘Zeilen zijn minder efficiënt dan Flettner-rotoren’, stelt ir. Jelle Grijpstra van C-Job. ‘Bovendien moeten zeilen worden gehesen en gestreken, terwijl het bij de rotoren een kwestie is van aanen uitzetten.’

Artist's impression van de Flettner Freighter, het door C-Job Naval Architects ontworpen vrachtschip dat wordt aangedreven door vier Flettner-rotoren (illustratie C-Job Naval Architects).

Flettner-rotoren zijn nog nooit massaal op  schepen toegepast, waardoor er weinig data is over de brandstofbesparing in de praktijk. Volgens  C-Job kan een ontwerp met vier rotoren een besparing tot 18 % opleveren. ‘Maar zelfs een reductie van 5 % zorgt voor een kostenbesparing die de moeite waard is. Brandstof vormt immers een groot deel van de operationele osten in de scheepvaart.’ Het conceptontwerp is af en C-Job zoekt nu naar een investeerder die het aandurft om het schip te bouwen. ‘Daadwerkelijke besparingen gemeten op een varend hybride schip zullen rederijen overtuigen. Een pilotproject kan voor deze cijfers zorgen’, aldus Grijpstra.

Consequenties

Van Heerd van MARIN vindt de Flettner-rotoren ‘via een mooi principe werken’. ‘Het werkt ook goed, maar het zijn nogal grote constructies diehet praktische gebruik van een schip in de weg kunnen zitten’. Concreet gezegd: voor containerschepen zijn de kolossale cilinders totaal ongeschikt; bij olietankers is er mogelijk wel ruimte voor, evenals voor zeilen. Maar hulpvoortstuwing met wind heeft pas echt een kans bij hoge brandstofprijzen en hoge regeldruk op het gebied van emissies, denkt Peter van Terwisga van Damen, dat samen met MARIN en de TU Delft onderzoek doet naar windvoortstuwing. ‘Het heeft nogal wat consequenties. Je moet de rompvorm gaan aanpassen, de bemanning moet meer kunnen, en zeilen of Flettner-rotoren moeten passen in het ontwerp.’